vrijdag 15 maart 2013

Het nut van het bijhouden van zeebaars statistieken


Meten is weten” en “kennis is macht”, om maar eens met een paar clichés te beginnen. Inderdaad veel gebruikte uitspraken, maar waar wel een grote kern van waarheid in zit. En zeker ook in de zeebaars visserij is kennis een belangrijke factor. Kennis van stekken, getijden,  en weersomstandigheden zijn enorm belangrijk om de keuze te maken met betrekking tot waar je wanneer gaat vissen. Althans, wanneer je tenminste je kans op het vangen van zeebaars zo groot mogelijk wilt maken.  Het internet met zijn ontelbare vis sites, forums en blogs zijn natuurlijk een belangrijke bron om kennis te vergaren, maar dat is zeker niet voldoende. Een veel belangrijker aspect is het vergaren van kennis door middel van het opdoen van ervaring. Hoe vaker je gaat vissen, en hoe meer jaren je vist, hoe groter je ervaringskennis wordt.

Nou kun je met die ervaring op verschillende manieren om gaan, wat velen doen, is die ervaring als het ware opslaan in hun hoofd.  En naarmate de jaren vorderen weet men dan min of meer instinctief onder welke omstandigheden, met welk getij een bepaalde stek veel of weinig kans op het vangen van zeebaars oplevert. Niks mis mee natuurlijk en zoals gezegd, de meeste zeebaars vissers zullen dit zo doen. Echter, persoonlijk ben ik van mening dat er meer uit al die ervaring gehaald kan worden. De basis daarvoor is om een logboek bij te houden, het op papier bijhouden van een eenvoudig statistisch overzicht. Dit is erg simpel, na iedere zeebaars sessie schrijf je kort een aantal dingen in je overzicht, ook als je niks vangt, het enige wat nodig is, is om dit consequent na iedere sessie te doen en om dit jaar na jaar vol te houden. Slechts 5 minuten werk, en je bouwt een schat van data op die na een aantal jaren hun vruchten afwerpen.


Ik houd zelf sinds 2006 alles bij; na iedere sessie noteer ik kort in een excel document een aantal karakteristieken van die bewuste sessie. Je kunt dit uiteraard ook gewoon met pen en papier doen, maar ik vind excel wat handiger. Per sessie vul ik in: datum – wind (bijv ZW3) – weer (bijv.zwaar bewolkt, regen, of felle zon etc) – temperatuur (bijv 20 gr C) - zeewater temperatuur (ik kies steevast Oosterschelde 4 van de waterdata van Rijkswaterstaat) – vis tijdstip (bijv van 1900-2100) – Getij (bijv HW 2130) – Springtij/Doodtij (bijv 2 dagen voor Springtij) – stek – vangst – opmerkingen (zeer kort verslagje van de vis sessie, vaak niet meer dan 2 zinnen). Wellicht zullen sommigen zeggen, dat onthoud ik allemaal zo ongeveer wel, en inderdaad, in Juli weet ik ook wel waar/wanneer ik in Mei en Juni ben gaan vissen. Maar als ik de najaren van afgelopen 7 seizoenen met elkaar wil vergelijken, en proberen daar een bepaalt patroon uit te halen, dan heb ik toch echt mijn statistieken nodig.

En er zijn echt diverse patronen uit je statistieken van een aantal jaren te halen. Bijvoorbeeld bepaalde stekken die onder bepaalde weersomstandigheden een grotere kans opleveren, of net andersom, of stekken die rondom Doodtij waardeloos zijn en stekken waarbij ook bij Doodtij een gerede kans is op succes, stekken die alleen in het donker baars op lijken te leveren, en nog vele andere voorbeelden. Hoe meer data, hoe beter de patronen te onderscheiden zijn waarmee je je voordeel kunt doen.  

Echter, er is een grote “maar”; zeebaars is nog al eens onberekenbaar en verrast je soms keer op keer. Ik “luister” vaak, maar niet altijd naar mijn statistieken. Een goed voorbeeld is afgelopen zomer ergens in Augustus, prachtig zonnig weer, Oosten windje en doodtij. Ik besloot  te gaan vissen en naar een stek te rijden waar je gewoon lekker in het zonnetje staat met de wind in je gezicht. Volgens mijn statistieken zou de kans op zeebaars op die stek met dit weer op dit tijdstip van de dag nagenoeg nihil zijn. En wat blijkt, laat nou net deze dag een fantastische sessie opleveren, met meer dan 10 gevangen baarzen. Het was overigens de enige uitzondering dit jaar, want vervolg sessies op deze stek met min of meer vergelijkbare omstandigheden leverden helemaal niets meer op. En hoewel mijn statistieken hun “gelijk” toonden voor die vervolg sessies, was die ene dag in Augustus de typische uitzondering, zo zie je maar weer hoe onberekenbaar zeebaars kan zijn.  


Hoe dan ook, ik heb in ieder geval baat bij het bijhouden van mijn zeebaars statistieken. Het helpt me om bepaalde patronen en trends te onderscheiden, maar tegelijkertijd levert het ook weer vragen op, want zeebaars is een blijft een onberekenbare vissoort. Maar dat is nou net een van de kenmerken die deze visserij zo boeiend maakt.